A. Lange & Söhne viert het 20-jarig bestaan van de heropening van het voormalige familiedomein. Het domein van de familie Lange heeft een bewogen geschiedenis: voltooid in 1873 door de oprichter van de fabriek Ferdinand Adolph Lange, die de hoeksteen legde voor de Saksische fijne horlogemakerij, was het gebouw zowel de residentie van de familie Lange als de geboorteplaats van unieke meesterwerken voor horlogemakers gedurende meer dan 70 jaar – tot de onteigening in 1948. Het familiedomein is al precies 20 jaar weer in gebruik.
Het ligt in het centrum van de horlogestad Glashütte: een drie verdiepingen tellend gebouw met een lichte gevel, hoge ramen en opvallende klokgevels. Het zogenaamde Stammhaus (familiedomein) van A. Lange & Söhne, waar tegenwoordig administratieve afdelingen zijn gehuisvest, is veruit het oudste deel van het fabriekscomplex.
“Het belang van het gebouw voor ons, maar ook voor de stad Glashütte en voor precisiehorloges in Saksen, is enorm”, benadrukt Lange CEO Wilhelm Schmid, wiens kantoor ook op het hoofdkantoor is gevestigd. “Wanneer je dit gebouw betreedt – als werknemer of bezoeker – ervaar je onvermijdelijk de geschiedenis van A. Lange & Söhne en de Saksische horlogemakerij. Deze geschiedenis wordt direct weerspiegeld in ons werk, omdat het niet alleen wordt geassocieerd met de hoogste eisen – het is ook onze motivatie om onszelf te ontwikkelen en innovaties te creëren.”
De geschiedenis van het hoofdkwartier begon een paar jaar nadat Ferdinand Adolph Lange zijn fabriek had opgericht. Omdat de productieruimte waar de horlogemakers sinds 1845 werkten al snel te krap werd, liet de eigenaar vlakbij de oude locatie een nieuw pand bouwen, waar ze in 1873 hun intrek namen. Naast de productieruimtes in het lange bijgebouw huisvestte het gebouw ook de woning van de familie Lange, dus sindsdien heet het het Stammhaus. Tot op de dag van vandaag is een bijzonder architectonisch kenmerk een eerbetoon aan de pionier van het horlogemakersvak: een slingerklok met een precisieslinger van drie seconden die negen meter lang is en alle drie de verdiepingen in een schacht doorkruist. Ferdinand Adolph Lange overleed twee jaar na de voltooiing van het gebouw.
Vanaf 1870 steeg de vraag naar Lange precisiezakhorloges snel, waardoor zonen Emil en Richard Lange het gebouw verder uitbreidden tot het begin van de Eerste Wereldoorlog in 1914. Vanaf 1906 hadden de goud- en zilverwerkplaats, een soldeeroven, de kastproductie, de finisseur en de ruimtes voor afwerking, verpakking en verzending allemaal een plek in het gebouw.
Aan het 100-jarige succesverhaal kwam met de Tweede Wereldoorlog een einde. Een nabijgelegen productiegebouw werd verwoest bij een bombardement op de laatste dag van de oorlog; de fabriek werd geplunderd en op 20 april 1948 onteigenden de machthebbers het bedrijf. Vanaf 1951 werd het aantrekkelijke hoofdkantoor van het bedrijf gebruikt als administratief gebouw voor het staatsbedrijf VEB Glashütter Uhrenbetriebe (GUB).
De hereniging van Duitsland bood Walter Lange, de achterkleinzoon van Ferdinand Adolph Lange, de historische kans om het merk A. Lange & Söhne weer tot leven te brengen. Samen met zijn zakenpartner Günter Blümlein richtte hij in 1990 Lange Uhren GmbH op met het hoofdkantoor in Glashütte. Na vele jaren van moeizame onderhandelingen met het privatiseringsbureau dat belast was met de herverdeling van voormalige Oost-Duitse panden, slaagden ze er in 2002 in om het hoofdkantoor van het bedrijf terug te kopen van de stad Glashütte. Het werd gerenoveerd en omgevormd tot een moderne administratie- en productielocatie, zodat het opnieuw kon worden gebruikt voor precisiehorloges. De ceremoniële opening vond plaats op 7 december 2001 – een historische datum omdat Ferdinand Adolph Lange zijn fabriek oprichtte op 7 december 1845, precies 145 jaar voor de dag voordat het bedrijf nieuw leven werd ingeblazen door zijn achterkleinzoon.
